Italië

Juridische gids Italië

Italië, dolce vita versus zaken doen

Italië is een prachtig land, ideaal om vakantie te houden en van la dolce vita te genieten. Ook is het een enorme afzetmarkt voor Nederlandse ondernemers en een land dat veel productiemogelijkheden biedt.

La dolce vita beperkt zich alleen wel tot de vrije tijd en de toeristische attracties.

Ondernemen in Italië is geen sinecure, het vergt de nodige voorbereiding, volharding en kennis van het land. Inzicht in cultuurverschillen en mentaliteit is één van de vereisten om succesvol zaken te doen in Italië. Die verschillen uiten zich o.m. in een complexe, ondoorzichtige wetgeving en bureaucratie.

  • Verder is ‘ja’ is lang niet altijd ‘ja’ en als je als Nederlander denkt ‘ik ben er’, begint het hier pas. ‘Recht voor zijn raap’ kent men dan ook niet, een beter toepasselijk gezegde en raad voor Nederlanders is om ‘niet het achterste van zijn tong laten zien’, hoe temperamentvol de Italianen ook zijn.

    Italianen hebben daarnaast moeite met het accepteren van wetten en voorschriften, of deze nu duidelijk, nuttig zijn of niet. Een Nederlander zal geneigd zijn om zich op een bepaalde manier te gedragen omdat het zo hoort, volgens de wet, de gebruiken of de redelijkheid. Veel Italiaanse ondernemers (ofschoon niet allemaal) leggen de prioriteit op korte termijn. Of hun doen en nalaten binnen de bestaande normen past wordt dikwijls als een secundaire kwestie beschouwd, temeer aangezien de overheid toch niet meewerkt.

    Nederlandse ondernemers zullen hier een warm welkom krijgen, Italianen zijn nl. meesters in gastvrijheid en zien op tegen de serieuze Noord Europeanen. Maar om te voorkomen dat uw Italiaanse avontuur in een koude douche eindigt, is het goed om te letten op cultuur- en mentaliteitsverschillen en u terdege voor te bereiden.

  • De meest gebruikte rechtsvormen van vennootschappen met rechtspersoonlijkheid zijn de Società di responsabilità limitata (s.r.l.) en de Società per azioni (s.p.a.).

    Evenals onder Nederlands recht zijn de aandeelhouders, behoudens strikte uitzonderingsgevallen, niet aansprakelijk voor het nakomen van de verbintenissen van deze vennootschappen.

    De oprichters zijn wel tot aan de voltooiing van het oprichtingsproces (de inschrijving in het handelsregister van de kamer van koophandel) hoofdelijk aansprakelijk voor de verplichtingen die de vennootschap gedurende de oprichting is aangegaan. De vennootschap kan na oprichting deze rechtshandelingen bekrachtigen en daarmee de persoonlijke aansprakelijkheid opheffen.

    Oprichting vindt plaats door het ondertekenen van de oprichtingsakte, waarin met name de statuten staan en de benoeming van de eerste bestuurder(s). Deze akte wordt bij de notaris gepasseerd.

    De s.r.l. is enigszins vergelijkbaar met een besloten vennootschap naar Nederlands recht.

    Zij heeft in principe een aandelenkapitaal ter waarde van minimaal € 10.000 en is eenvoudiger te besturen dan een s.p.a, dat een minimum aandelenkapitaal van € 50.000 heeft.

    De s.r.l.s. (semplice) heeft een aandelenkapitaal van minimaal € 1.

    Indien een s.r.l. wordt opgericht door een enkele aandeelhouder, dient hij het gehele aandelenkapitaal bij de oprichting te storten.

    De s.p.a. is te vergelijken met een naamloze vennootschap. Een s.p.a. kan op de beurs worden genoteerd en mag diverse soorten aandelen en obligaties uitgeven.

    Een raad van commissarissen is voor een s.p.a verplicht.

    Voor de s.r.l. is een enkele commissaris onder meer verplicht indien:

    • de statuten dit voorschrijven;
    • de vennootschap verplicht is een geconsolideerde jaarrekening te hebben;
    • zij aandeelhouder is van een vennootschap die de verplichting heeft van een geconsolideerde jaarrekening;
    • of, gedurende minimaal twee jaren aan bepaalde voorwaarden met betrekking tot omzet ( min. € 4 miljoen), activa (min. € 4 miljoen) en aantal werknemers (min. 20) is voldaan.
  • Vanwege de implementatie in het Italiaanse recht van de Europese richtlijn 86/653 kan aanstelling van een agent onder Italiaans recht zonder contract geschieden. Of er sprake is van een agentuurrelatie zal eventueel in rechte uit de omstandigheden blijken.

    Indien partijen niet anders zijn overeengekomen, wordt het agentuurcontract geacht wederzijds exclusief te zijn. Alleen al hierom is het wel zo verstandig om de rechten en verplichtingen van de agentuurrelatie schriftelijk vast te leggen.

    Het zogenaamde del credere beding, op grond waarvan de agent een deel van de betaling van de cliënten garandeert tegen vergoeding, is onder Italiaans recht verboden. De enige uitzondering waarin de Italiaanse wet voorziet is, in verband met de grootte van de bedragen, een enkele transactie waarbij de agent niet meer mag garanderen dan hij zelf aan commissie ontvangt. Genoemde uitzondering lijkt niet echt effectief voor de principaal.De agentuurrelatie wordt beheerst door specifieke wetgeving uit 1965 (gewijzigd in 1992) die voornamelijk tot doel heeft de agent te beschermen. Deze wetgeving schrijft onder andere voor, dat de agentuurovereenkomst schriftelijk dient te worden opgesteld en dat de agent, bij ongemotiveerde beëindiging van de overeenkomst door de principal, recht heeft op een vergoeding van tenminste 1/12 van het totaalbedrag aan commissies die de agent over de gehele periode van de overeenkomst heeft ontvangen. Als men een agentuurrelatie aangaat, is het van belang de overeenkomst zorgvuldig op te stellen, onder andere om te voorkomen dat de agent als een werknemer wordt beschouwd. In dat kader is het aan te raden dat de agent altijd een vennootschap is (en niet een natuurlijke persoon) en dat de agent ingeschreven staat bij de bevoegde Raad van Commerciële Vertegenwoordigers (een soort belangenorganisatie van agenten).

  • Om in Italië gevestigde debiteuren tot betaling te dwingen kan voor een Italiaanse rechtbank een zogeheten sommatiebevel procedure naar Italiaans recht opgestart worden.

    Voorafgaand aan de sommatiebevel procedure dient de debiteur in gebreke te zijn gesteld. Daarnaast dient de vordering te blijken uit de boekhouding van de crediteur. De advocaat die de procedure voert heeft bovendien een formele procesvolmacht nodig.

    Aan de rechtbank waar de debiteur zetel houdt wordt namens de crediteur in een verzoekschrift verzocht tot sommatie van betaling van de hoofdsom, de wettelijke rente vanaf de vervaldatum en een deel van de kosten van de gerechtelijke procedure volgens tarifering van de Orde van Advocaten.

    Het verzoekschrift wordt direct aan de rechter gericht zonder de debiteur zelf op te roepen. De rechter toetst het verzoekschrift marginaal. Indien de rechter de sommatie uitvaardigt, dan dient deze in opdracht van de advocaat van de crediteur door de plaatselijke deurwaarder te worden betekend aan de debiteur.

    De in Italië gevestigde debiteur heeft 40 dagen na betekening van het sommatiebevel (decreto ingiuntivo) de tijd om zich te verweren door een Conclusie van Eis te betekenen aan de crediteur of op het advocatenkantoor waar de crediteur domicilie heeft gekozen. Hiermee wordt een separate procedure op tegenspraak aanhangig gemaakt. In een dergelijke procedure wordt gewoonlijk vernietiging van de sommatie verzocht en kan een re-conventionele vordering worden ingediend. Dit is een gewone procedure waarin alle mogelijke processuele middelen kunnen worden aangewend.

    Indien de debiteur deze vorm van verweerprocedure niet aanhangig maakt, wordt de sommatie na verloop van de 40 dagen automatisch executoriaal.

  • Ondanks de diverse verschillen vormt Italië een aantrekkelijke markt. Het land van de dolce vita is de vijfde handelspartner van Nederland (na Duitsland, België, Frankrijk, het VK).

    Noord-Italië (d.w.z. tot aan Bologna) behoort tot een van de belangrijkste en rijkste economische gebieden ter wereld. Dit deel van Italië vormt een sterk onderdeel van het Europees economisch verkeer, zowel op industrieel als landbouw gebied. Hier woont bijna de helft van de Italiaanse bevolking (27,5 miljoen mensen).

    In 2019 werd er voor ruim € 20 miljard van Nederland naar Italië uitgevoerd waarvan € 15 miljard in Noord-Italië. Het overgrote deel betrof export van goederen.

    Milaan is de onomstreden zakelijke en financiële hoofdstad van het land. Bijna 40% van de in Italië actieve multinationals heeft haar hoofdvestiging in de provincie Milaan. Voor het Nederlandse bedrijfsleven met een (vorm van) Italiaanse vestiging is dat zelfs 70%. Van de in totaal 16 miljard euro omzet Nederlandse investeringen in Italië gaat bijna 12 miljard naar Noord-Italië, waarvan vervolgens 8,5 miljard euro (53% van het totaal nationaal) gerealiseerd wordt in Milaan en omgeving.

  • In Italië bestaat een kort geding. Hier maakt de rechterlijke macht echter zeer terughoudend gebruik van.

    De verzoeker dient namelijk zeer expliciet de fumus bonis iuris en de periculum in mora vereisten te onderbouwen. Kort en goed dient aannemelijk te worden gemaakt:

    • dat de eis, ook in een eventueel volgende bodemprocedure, voldoende onderbouwd en gegrond is;
    • dat de eis een spoedeisend belang heeft dat niet op andere wijze kan worden gediend en dat bij het niet ondernemen van het kort geding blijvende schade wordt toegebracht.
  • Een directeur van een vennootschap, bijvoorbeeld van een s.r.l., wordt aangesteld op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) conform de bepalingen in de statuten en de wet.

    De aandeelhouders van de s.r.l. kunnen een enkele directeur benoemen (sole director/amministratore unico) of een raad van bestuur (board of directors/consiglio di amministrazione).

    In geval er slechts één directeur wordt benoemd, zal de AVA ook de emolumenten vaststellen en de bevoegdheden verstrekken. Wanneer er een raad van bestuur wordt benoemd, zal na benoeming door de AVA een vergadering van het zojuist gekozen bestuur plaatsvinden waarin bevoegdheden worden verstrekt aan één of meerdere benoemde bestuursleden en waarin de beloning voor de diverse directeuren wordt vastgelegd.

    Onder Italiaans recht is het mogelijk om directeuren enkel als bestuurder en niet als werknemer te belonen. Ook is het mogelijk om de bestuurder tevens in te schalen als leidinggevend werknemer (dirigente) en de betreffende bestuurder af te laten zien van emolumenten.

    Een combinatie van beide varianten is ook mogelijk en onder omstandigheden gepast.

  • In Italië bestaat geen eenvoudige kantonrechter-formule.

    De belangrijkste kosten bij ontslag kunnen bestaan uit de volgende elementen:

    • de opzegtermijn die afhangt van de CAO van de werknemer, de duur van de overeenkomst en de functie-inschaling;
    • de eventuele vergoeding voor onterecht ontslag die afhangt van de CAO van de werknemer, de duur van de overeenkomst, de datum van indiensttreding en de functie-inschaling;

    De twee meest frequente redenen voor ontslag zijn het niet of onvoldoende presteren enerzijds en anderzijds het vervallen van de functie (de zogenaamde redundancy). Deze zijn niet cumulatief bruikbaar.

    Complicaties bij beslechting in rechte van een ontslag kan optreden indien:

    • nietigheid van ontslag blijkt of;
    • onvoldoende reden voor ontslag blijkt bij bedrijven met meer dan 15 werknemers.

    In dergelijke gevallen kan de rechter, al naar gelang de datum van indiensttreding, oordelen dat de (ex-) werknemer recht heeft op de zogenaamde ‘herintegratie’ ofwel terugplaatsing, naast doorbetaling van salaris vanaf ontslag tot aan de herintegratie. Van het recht op herintegratie (indien dit blijkt uit een vonnis uiteraard) kan worden afgezien tegen betaling van 15 maanden salaris. Nu een arbeidsgeschil al snel minimaal een jaar duurt, kunnen de kosten die hieruit voortvloeien voor Nederlandse begrippen ongekend hoog oplopen.

    • saldo van het salaris gelijk aan het aantal gewerkte dagen in de maand van ontslag;
    • schadevergoeding van een bedrag gelijk aan één maandsalaris, tenzij een opzegtermijn van 30 dagen in aanmerking wordt genomen om de werknemer te ontslaan;
    • geaccumuleerde, niet genoten vakantiedagen plus wettelijk vakantiegeld (gelijk aan één derde van het salaris gedurende de vakantieperiode);
    • pro-rata vakantiedagen plus wettelijk vakantiegeld (één derde van het salaris gedurende de vakantieperiode);
    • pro-rata 13e maand  in verhouding tot de gewerkte maanden in het jaar van dienstverband;
    • FGTS (werkloosheidsfonds) deposito – 8% van de totale ontslagvergoeding plus 8,0% van het salaris van de laatst gewerkte maand voorafgaand aan het ontslag;
    • FGTS boete – gelijk aan 40% van het totale bedrag dat gestort is in het FGTS-fonds van de betreffende werknemer in de loop van zijn of haar arbeidsovereenkomst;
    • Sociale bijdrage – gelijk aan 10% van het totale bedrag dat gestort is in het FGTS-fonds van de betreffende werknemer in de loop van zijn of haar arbeidsovereenkomst;
    • Collectieve voorzieningen – het is belangrijk na te gaan of in de toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst bijzondere regels zijn opgenomen ten aanzien van betalingen in het geval van beëindiging van de arbeidsovereenkomst.

    Daarnaast komt het vaak voor dat in de individuele arbeidsovereenkomst bijzondere regels zijn opgenomen ten aanzien van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst.

Johan de Flines, januari 2025